bedevaartplaatsen
Sacrale ruimten met een cultusobject dat als heilzaam wordt ervaren door bezoekers die daarvoor een reis moetenondernemen. Aan de bedevaart zijn bepaalde tradities verbonden. In Groningen waren de volgende bedevaartplaatsen: Aduard, Appingedam, Bedum, Glimmen, Helpman, Kropswolde, Oosterwijtwerd, Solwerd en Trimunt. Wellicht behoorden daar ook toe: Essen, Feldwerd, Lagemeede en Wijtwerd.
In de stad Groningen ontstonden bij twee altaren in de Sint-Maartenskerk wellicht bedevaarten: 1) bij het altaar van Johannes de Doper en 2) in 1500 na de opheffing van het beleg door hertog Albrecht van Saksen werd door de burgerij een lamp gesticht ter ere van OLV ter Nood. In 1502 werd voor het eerst van een aan haar gewijd altaar gesproken; waarschijnlijk werd de lamp op een al bestaand altaar gesticht. In het midden van de 16de eeuw werd een aparte kapel ingericht waar een beeld van Maria werd geplaatst.
Bovendien trokken veel Groningers naar bedevaartplaatsen elders: Jeruzalem, Rome, Santiago en dichterbij bijv. 's-Hertogenbosch.